Een onderneming beschikt over bijzonder waardevolle knowhow en zakelijke informatie dewelke geheim dient te blijven. Schending van de vertrouwelijkheid ervan door bv. een ex-werknemer kan immers catastrofaal zijn.
Een bedrijfsgeheim betreft informatie 1) dewelke geheim is (m.a.w.: niet algemeen bekend of gemakkelijk toegankelijk), 2) handelswaarde bezit precies omdat ze geheim is en 3) beschermd wordt door redelijke maatregelen.
Concreet betreft het dus nog niet gepubliceerde financiële informatie, productieprocessen, e.d.m.
De wetgeving voorziet (kort gesteld) dat het mogelijk is om vooreerst op te treden tegen de onbevoegde toe-eigening. Denk bv. aan een werknemer die tijdens de opzegperiode allerlei informatie kopieert (om later zelf te zullen gebruiken, dan wel door te geven aan een concurrent).
In het licht van dit laatste is het uiteraard ook mogelijk om op te treden tegen het gebruik as such dan wel het openbaren van de bedrijfsgeheimen.
Dit zijn er meerdere. Bijzonder interessant is alleszins de piste om een eenzijdig verzoekschrift neer te leggen (mits het aantonen van o.m. het voorhanden zijn van ‘volstrekte noodzakelijkheid’) om zo op een snelle en voor de tegenpartij onverwachte manier voorlopige maatregelen te kunnen bekomen. Verder is het ook mogelijk om een vordering (zoals) in kort geding te initiëren, dan wel ten gronde te dagvaarden om schadevergoeding te claimen.
Het maken van contractuele afspraken is bijzonder aangewezen en dit middels o.m. een vertrouwelijkheidsclausule in de arbeidsovereenkomst, dan wel een gehele geheimhoudingsovereenkomst. Verder dient men ervoor te zorgen dat enkel de personen die voor de uitoefening van hun activiteiten bepaalde informatie nodig hebben toegang daartoe verkrijgen.
Tot slot: zonder té wantrouwig te zijn is het ook aangewezen om extra aandachtig te zijn bij mogelijks verdachte handelingen in de loop van een opzegperiode. De aan te richten schade kan immers zeer groot zijn.
Geschreven door